1. Materiaaleigenschappen en legeringssamenstelling (1) Legeringsprobleem: Precisie Aluminiumlegeringsonderdelen Aluminiumlegeringen met een te hoog of te laag gehalte aan bepaalde elementen kunnen leiden tot scheuren. Bijvoorbeeld legeringen met een te hoog ijzergehalte of een te laag siliciumgehalte, het gehalte aan schadelijke onzuiverheden in de legering is te hoog, het gehalte aan zink of koper in de aluminium-siliciumlegering is te hoog en het gehalte aan magnesium in de aluminium-magnesiumlegering is te hoog, enz., Zal de plasticiteit en taaiheid van de legering verminderen, waardoor het risico op scheuren toeneemt. (2) Scheurbaarheid van legeringsmaterialen: Sommige legeringsstaalmaterialen zelf zijn vatbaar voor scheuren, wat ook een van de factoren is waarmee rekening moet worden gehouden. II. Ontwerp- en structurele problemen (1) Onredelijk structureel ontwerp: het structurele ontwerp van het gietstuk is onredelijk. Als er scherpe hoeken zijn, verandert de dikte van de muur te veel, wat zal leiden tot krimpweerstand en de kans op scheuren zal vergroten. De structuur van het gieten is niet redelijk en de krimpweerstand giethoeken zijn te klein, wat ook een van de redenen is voor scheuren. (2) Ontwerpproblemen met matrijzen: De temperatuur van de matrijs, vooral de kern, is te laag, wat de vloeibaarheid en het stollingsproces van het metaal zal beïnvloeden en het risico op scheuren zal vergroten. De matrijsstructuur van onderdelen van precisie-aluminiumlegering is onredelijk. Als het uitwerpapparaat wordt afgebogen en de kracht ongelijk is, kan dit ook leiden tot scheuren. III. Proces- en bedieningsproblemen (1) Giet- en stollingsproces: overmatige giettemperatuur van precisie-onderdelen van aluminiumlegering maakt de vloeibare metaalvloeibaarheid te sterk, gemakkelijk om gas- en oxidatie-insluitsels te produceren. Tegelijkertijd zal een te hoge temperatuur ook de treksterkte van het metaal verminderen, waardoor het risico op scheuren toeneemt. Tijdens het stollings- en koelproces zal de interne koeling van de staaf grote onevenwichtige spanning genereren. Als deze spanningen geconcentreerd zijn in het zwakke deel van de staaf, zal er een spanningsconcentratie optreden. Wanneer de spanning de sterkte of plasticiteitsgrens van het metaal overschrijdt, zullen er scheuren ontstaan. Lokale oververhitting van de mal of een te hoge koelsnelheid zal ook leiden tot scheuren. Er moet voor worden gezorgd dat alle delen van het gietstuk tegelijkertijd of in volgorde stollen en het ontwerp van het poortsysteem moet worden verbeterd. (2) Warmtebehandelingsproces: tijdens de warmtebehandeling van onderdelen van precisie-aluminiumlegering, als de temperatuur te hoog is of de koelsnelheid te snel is, kan dit ook leiden tot spanningsconcentratie en scheuren in het metaal. (3) Andere procesproblemen: De zandvorm heeft een slechte concessie, zoals de zandkern is niet afgerond. De hoge temperatuur onder de scherpe hoek van het vormzand tijdens het gieten produceert een warmteconcentratie, die gemakkelijk te trekken en te barsten is. Het bot van de modderkern is te groot, wat krimp belemmert en het risico op scheuren vergroot. 4. Milieuproblemen (1) Milieuvochtigheid en reinheid: De omgeving met een hoge luchtvochtigheid van onderdelen van precisie-aluminiumlegering kan leiden tot een toename van vocht in de mal, waardoor het risico op poriën en scheuren toeneemt. Onvoldoende reinheid van de mal of schimmel, zoals residuen, olievlekken, enz., Kan ook de vloeibaarheid en het stollingsproces van het metaal beïnvloeden, waardoor het risico op scheuren toeneemt.